NICOLAAS, EEN MARITIEME HEILIGE (Geert Vandenhende)
De Heilige Nicolaas treedt in tal van legenden op als beschermer van de zeelieden. Zo vertelt één van die legenden over de weinig benijdenswaardige situatie van de bemanning tijdens een hevige storm. De matrozen vreesden dat zij een zeemansgraf zouden krijgen. De zeelui riepen de hulp in van de nog levende Nicolaas: " NIKLAAS? DIENAAR VAN God, indien het waar is, wat we over U vernomen hebben, verstrek ons dan uw hulp. " De beschermheilige verscheen met Gods toestemming en sprak: " U roept me. Hier ben ik. " En hij begon hen onmiddellijk te helpen aan de zeilen en de touwen. Weldra was de storm gestild. Toen de zeelieden aan wal kwamen, begaven ze zich naar zijn kerk. Hoewel ze hem nooit tevoren gezien hadden, hoefde niemand hem aan te tonen en ze herkende hem onmiddellijk. Zij dankten God en hem voor de redding. Hij verklaarde hen echter: " Niet ik, maar uw geloof en de barmhartigheid van God hebben u gered. "
Deze legende wordt als één van de belangrijkste voor de verspreiding van de Nicolaascultus in onze streken aanzien. Nicolaas bezat in het Byzantijnse Rijk reeds dit patronaat. Dit bewijzen de talrijke plaatsen aan de kusten van Klein-Azië en de eilanden die naar Nicolaas genoemd zijn. Zonder twijfel hangt de verspreiding samen met de drukke scheepvaart op de Middellandse Zee. In onze streken werden de uit de Griekse kerk stammende legenden en patronaten overgenomen. Het thema van de redding van zeelui en drenkelingen wordt in tal van andere legenden gecombineerd met andere thema's. Zo vinden we in de bekerlegende Sint-Nicolaas terug als beschermer op zee waar hij een verdronken gewaand kind opnieuw met zijn ouders verenigt wanneer deze hun belofte om een mooie beker te schenken niet meer te breken. Sint-Nicolaas is niet alleen beschermer op zee maar kan hier ook gebroken beloften bestraffen zoals in de legende die verhaalt over de hongersnood in Lycië: " De bevelhebbers wilden niet naar de hen zopas verschenen Nicolaas luisteren die hen bevolen had om de graanschepen naar Lycië te brengen. Een hevige storm verplichtte hen uiteindelijk om naar de aangewezen havenstad te varen. "
In de legende over de bedevaart van Nicolaas naar het Heilig Land wekt hij een matroos die tijdens een storm uit de grote mast te pletter was gevallen, opnieuw tot leven. Tevens bedaart hij de storm. Bij zijn vervroegde terugkeer toont Nicolaas opnieuw zijn krachten over de zee wanneer de kapitein van het schip hem niet onmiddellijk naar zijn streek wil terugbrengen. Ook deze bemanning dankte hem en vroegen hem om vergeving. Nicolaas verschijnt nog in tal van andere legenden aan pelgrims op zee om hen van naderend onheil te verwittigen.
In nog latere legenden treedt Nicolaas opnieuw op als beschermer van zeelieden en drenkelingen. ZO bericht Ordericus dat Willem de Veroveraar bij zijn overtocht van Normandië naar Winchelsea ( Engeland) in 1067-'68, in een storm terecht kwam. Hij riep de heilige aan en kwam zodoende zonder averij aan waar hij moest zijn.
Dan is er nog de Nicolaasabdij in Angers, gesticht door Foulques Nerra, graaf van Anjou en stamvader van de Plantagenets, die tijdens zijn tweede bedevaart naar Jeruzalem van de verdrinkingsdood werd gered door Nicolaas van Myra.
Louis Janssen haalt deze laatste legende aan, in " Nicolaas, de duivel en de doden ( 1993) om te bewijzen dat de verspreiding in Noord-Europa van de cultus rond Sint Nicolaas nog voor de Normandische verovering een feit was.
Maar dan komt volgens Karl Meisen in zijn " Nikolauskult und Nikolausbrauch im Abendlande " (1931) de belangrijkste verklaring voor de verspreiding van de heilige in onze streken: de roof van de relieken van Nicolaas van Myra naar Bari in 1087 ( de translatio). En ook hier toonde Nicolaas zich de beschermer van de zeelieden: " Bij het overbrengen van Nicolaas'gebeente naar Bari stormde het zodanig dat het schip moest uitwijken naar een haven: Patara, Nicolaas'geboortestad. "
Dat bij de verspreiding van de Nicolaascultus de zeelieden een belangrijke rol gespeeld hebben, is bijna vanzelfsprekend. De Normandiërs, die dan ook Zuid-Italië beheersten, wisten hun bewondering voor deze merkwaardige heilige over te brengen op hun neven in het Noorden. Dit gebeurde al ten dele voor de translatio, maar het zwaartepunt ligt zonder twijfel erna.
© Sint-Nicolaasgenootschap Vlaanderen, overgenomen uit de “Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap”.