lidwordenlid worden

activiteitenActiviteiten

 

Tijdingen

 

ritaDocumentatiebestand

 

Patroon van de Zeelui

Schutspatroon der zeelui (Lieven Dehandschutter)

De negen stormen die ons in januari en februari 1990 teisterden, hebben erg veel schade aangericht. Op zee waren er echter weinig slachtoffers te betreuren. Zou Sint-Nicolaas als beschermer der zeevarenden daar voor iets tussen zitten? In Antwerpen (B) vereren schippers en zeelieden nog steeds de H. Nicolaas. Een litanie, in 1836 te Antwerpen gepubliceerd, aanroept hem als volgt: "H.Nicolaus, die naar het H. Land vaerende een grouwzame Tempeest aen de Schippers voorzegd, en het zelve wonderlijk gestild hebt, bid voor ons!" Ook elders werd en wordt Nicolaas door zeelui aanbeden. In Griekenland namen schippers dertig Sint-Nicolaasbroodjes aan boord. Stak er een storm op, dan werden de broodjes per drie in zee geworpen.

Het zeevaartverkeer op zeeën en rivieren heeft sterk bijgedragen tot verspreiding van de Nicolaasverering. Het gros van de Nicolaaskerken is gesitueerd in havensteden en langs rivieren. Myra had weinig contact met een moeilijk toegankelijk achterland en was dus vooral op de zee aangewezen. Zo werd de Nicolaascultus meegenomen naar de Griekse eilanden en havens. Niet toevallig waren het zeelieden die in 1087 Nicolaas' gebeente overbrachten naar de havenstad Bari. Noormannen en kruisvaarders verspreidden de Sint in West-Europa en via de Hanze bereikte hij ook de Baltische kusten. Tallinn, de hoofdstad van Estland, heeft een Nicolaaskerk met de afbeelding van de heilige als beschermer der zeelieden.

 

VELE LEGENDEN
In ettelijke legenden manifesteert Sint-Nicolaas zich als iemand met wie je veilig in zee kan gaan.

Nicolaas voer naar Egypte, ter voorbereiding van een bezoek aan het Heilig Land. Tijdens de eerste nacht aan boord van het schip droomde hij dat een boze macht de stagen van de grote mast doorsneed. 's Ochtends voorspelde hij de bemanning dat er een storm zou opsteken. Hij stelde hen echter gerust dat God hen zou beschermen. De storm stak inderdaad op en het schip geraakte stuurloos. Een matroos die de grote mast was opgeklommen, vond de dood toen hij viel. Ondertussen bad Nicolaas; De storm ging liggen en op de koop toe stond de dood gewaande matroos weer op, alsof hij geslapen had.

Een andere legende verhaalt de terugkeer van Nicolaas uit Palestina. Hij ging aan boord van een schip waarvan de kapitein beweerde dat het Patara zou aandoen. Het koos echter een andere bestemming. Daarop ging het stormen. Het roer brak en het schip dreigde te vergaan. Plotseling ging het echter een welbepaalde koers varen. Zo meerde het aan in Patara, Nicolaas' bestemming. Kapitein en bemanning smeekten hem om vergeving na dit dubbel wonder: zij waren heelhuids uit de storm gekomen en Nicolaas had zijn reisdoel bereikt.
 

Een volgend verhaal gaat over de redding van Johannes. Die werd verrast door een storm toen hij de Adriatische Zee overstak, richting Hydruntum. Hij trachtte met een reddingsboot de wal te bereiken. Het bootje kapseisde en Johannes verdween in de golven, roepend "Heilige Nicolaas, help!" Daarop verscheen Nicolaas, wierp zijn bisschopsmantel over de drenkeling en bracht hem veilig aan land.

Demetrius werd op gelijkaardige wijze gered. Hij belandde echter meteen in zijn huis in Constantinopel. Volledig overstuur bleef hij schreeuwen: Heilige Nicolaas, help!" Zijn buren kwamen aangelopen en troffen hem aan in zijn druipende kledij. Demetrios kon zich het gebeurde niet meer herinneren. Toen enige tijd later zijn medepassagiers opdaagden en de ware toedracht vertelden, is iedereen verbaasd over het mirakel.

Twee legenden combineren het beschermen van zeelieden en het lenigen van hongersnood. Nicolaas was nog bisschop van Myra toen de provincie Lycië door hongersnood werd getroffen. Op een dag passeerden in Andriake enkele graanschepen, op reis van Alexandrië naar Constantinopel. Nicolaas vroeg de kapiteins een deel van hun lading af te staan voor de hongerlijdende bevolking. Zij weigerden, vrezend dat zij in Constantinopel verantwoordelijk zouden gesteld worden voor het tekort. Nicolaas verzekerde hen echter dat hen niets zou overkomen. Daarop stonden zij honderd schepsels graan per lading af. Bij aankomst in Constantinopel bleek de lading van elk schip haar oorspronkelijk gewicht te hebben bewaard.

Een andere versie is gesitueerd vijf jaar na Nicolaas' dood, toen Lycië alweer door hongersnood werd getroffen. Nicolaas verschijnt in een droom aan een familielid en beveelt een gebedsdienst in zijn grafkerk. Een aardbeving opent zijn lijkkist, waaruit een zoete geur opstijgt, die blinden weer doet zien en lammen lopen. De volgende dag verschijnt Nicolaas in de gedaante van een aartsvader. Hij wandelt over de zee en koopt de lading van vijf graanschepen. Hij beveelt de kapiteins koers te zetten naar Myra. Zij volgen echter de raad van de duivel, die hen had aangezet door te varen naar Constantinopel. Daarop breekt een storm los, die pas gaat liggen als de kapiteins besluiten toch naar Myra te varen. Daar bezoeken zij het graf van Nicolaas en herkennen hem.

Er zijn nog ettelijke andere zeeliedenlegenden rond Nicolaas. Zelfs bij de overbrenging van zijn stoffelijk overschot van Myra naar Bari in 1087 deed zich iets merkwaardigs voor. Tijdens de overbrenging ging het zo hard stormen, dat het schip moest uitwijken naar een haven. Dat bleek Patara te zijn. Nicolaas wilde blijkbaar nog éénmaal in zijn geboortestad zijn!

© Sint-Nicolaasgenootschap Vlaanderen, overgenomen uit "De Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap" , jaargang 1, nummer 2; maart 1990